Zitten in aandacht

Dit stuk zou eerst over mediteren gaan. Dat vond ik te vaag. Mediteren kan alles zijn tussen kijken naar een zonsondergang op een verlaten strand en de harde tucht van een klooster. Zazen is het ook niet, al is de manier van zitten en de grondgedachte van het zitten in aandacht daaruit afkomstig. Er kleeft te veel leer aan, te veel religieus of filosofisch gebabbel.

Zitten in aandacht, dat is het enige, dat is alles. 15 tot 45 minuten zitten op een laag, hard kussen. Een kruk is ook goed. Een stoel kan ook. Een rechte rug, maar ontspannen, schouders ontspannen, hoofd ontspannen bovenop, de kruin raakt het plafond. Rechter hand in de linker, de toppen van de duimen tegen elkaar aan, de handen met de pinken tegen de onderbuik. De voeten horen officieel op de deien, met de zolen naar boven, maar dat doet me te veel pijn. Ik was blij ergens te lezen dat in Birma de voeten voor het kussen worden gelegd, een kuit tegen een scheenbeen.

Buikademhaling. De buik voelt de ademhaling. Soms zit de buik vast, maar dat gaat wel weer over. En dan maar zitten. De adem volgens. In. Uit. In. Uit. Of tellen. Van één tot tien en weer opnieuw. Of tot je ontdekt dat je ergens bent gaan dromen. Weer opnieuw. Gedachten komen op, of beelden, of belevenissen. Daarna ga je weer verder waar je mee bezig was: adem volgen, adem tellen. Heel gemoedelijk. Maar o, wat is die gemoedelijkheid moeilijk. Streven en toch niet streven. Het is de bedoeling dat je nergens naar streeft, maar daar streef je dan toch naar. Haha.

Waarom zou je dat doen? Eigenlijk heb ik daar geen idee van. Mij trekt de stilte. Voor mij is het de gedachte dat ik zo het leven kan voelen. Of leven. Zitten in aandacht is leven. Het is de eenvoudigste manier van bidden en van zijn, van religie. Geen poespas, alle religiositeit afgestroopt.

Het mooist is natuurlijk naakt zitten. Dat is alleen jezelf en het zitten.