
Op weg terug naar huis van de zweethut.
Begin van de winter.
Over alles wat buiten gebeurt

Op weg terug naar huis van de zweethut.
Begin van de winter.

Het regende en het waaide en het was koud maar een goed begin
Zwemmen, maar weer eens. Vanaf begin september elke zondag in deze plas en elke woensdag in de vijver in onze wijk en vorige zondag in zee bij Vlieland ( fijne golven ). Die vijver is al flink koud, hij is ondiep, maar deze plas is nog prima te doen. Ik ben naar de overkant gezwommen, als je goed kijk zie je mij als stipje. De zon scheen prachtig op de bomen. Geweldige ochtend


Dit is het fietspad tussen Lange Paal en het strand. Op het diepst kwam het tot boven mijn knieën. Een man mopperde op Staatsbosbeheer, omdat hij er niet langs kon, omdat Staatsbosbeheer alleen maar aan de vogels dacht. Maar over 30 jaar is dit drinkwater voor ons !


Perfecte vakantie

Dat kan dus. De Vogezen is een gebergte met lage, ronde bergen, net lager dan 1.500 meter. Soms zijn er steile hellingen. Op de steile helling bij de Martinswand bij de Hohneck ligt een pad. Ik had het tien, vijftien jaar geleden al eens van boven gezien en gerild bij de steile afgrond. Er lag nog een sneeuwveld, het was begin mei, dat de zon nog onvoldoende had kunnen verwarmen. Tot mijn verbazing liepen er toen mensen. Toen is het idee geboren om dat pad ook eens te lopen.
Vandaag was het zo ver. Eerst bij Les Trois Fours een aanloop door bergweides. Ik kwam een groep jonge vrouwen tegen, die meerstemmig zongen. Eén van hen liep op blote voeten over het grindpad. Uitstekend idee. Zou je zo’n bergwandeling op blote voeten kunnen doen ?
Na de weides een paar honderd meter naar beneden, over een haarspeldpad door bos. Heerlijk in de schaduw. Dan het bos uit, langs een ferme auberge, een bos met een vijver en dan een paar honderd meter omhoog. Zwaar. Een uur lang lunges zonder wandelconditie, maar gedwongen uitrusten heeft ook wel wat.
De voeten, de voetzolen vooral, hielden het goed. Geen bloed, geen blauwe plekken, geen kloven, geen slijtage. Toen ik net boven was, veilig op het pad naar de Hohneck, liep de groep jonge vrouwen langs, dit maal druk pratend.

Bivakzak en slaapzak mee, slapen in het bos ( mag natuurlijk niet ) en ’s ochtends zwemmen. Dit keer kon ik eens slapen. Meestal lukt dat maar slecht. Ook niet erg. De nachthemel door de bomen is prachtig en er zijn zoveel geluiden ( precies de reden dat ik niet kan slapen ). Het muggegaas moest helaas voor het uitzicht.
Naast mij kwamen nog drie keer twee mensen zwemmen, met tussenpozen. Populaire plek !
Ik wil het water in. Als dat voor jou het fijnste is op aarde is dit boek het tweede fijnste. Kirsten van Santen heeft het boek over haar zwemziel geschreven. Zwemmen als bevrijding, zwemmen als een duik naar het mysterie van het leven. Over zwembaden, chloor, drenkelingen redden door ze op de kop te hangen ( werkt niet ), vaarten, modder, plassen, een naakte dichter en een schoorvoetend naakte schrijver, techniek, hardzwemmers en droomzwemmers. Tot slot een zeezwemtocht. Maar een paar kilometer … Een geweldig boek.

Ik zwem anders. Ik zwem niet, ik ben in het water, met de bomen, de wind die door de bladeren waait of de kale takken, de schreeuw van ganzen, meerkoeten, het zingen van fijne regendruppels die op het water vallen, een sterrenhemel zonder vallende sterren, een zwaluw die over mijn hoofd schiet. Naakt. Natuurlijk. De kou die mijn lijf intrekt, op het randje van leven en dood.
