Categorie: Buiten

Over alles wat buiten gebeurt

  • Kajakrondtocht Alde Feanen – De Leijen

    Mooie kanotocht gemaakt, wel zwaar. Een rondje langs Grouw, de Alde Feanen, Drachten en Burgum. Als je nog eens in de buurt bent … door Wergea loopt een prachtig grachtje met hoog water en lage huisjes.

    Het water door Wergea
    Wergea

    Bij Grouw heerlijk thee gedronken aan het water, handig, een campingbrander mee, met een vette gevulde koek uit een campingwinkel aan de overkant van de dijk, zitten kletsen met twee eenden.

    Bij Grouw
    Bij Grouw

    Om twee uur ben ik al bij de Alde Feanen. Het is mooi weer, dus druk, vooral met zeilboten, waarin tot mijn verbazing groepen Duitsers. Horen die niet in grote motorboten ? Nu ik zo vroeg ben besluit ik niet hier een slaapplaats te zoeken maar door te varen naar De Leyen. Wel eerst lekker rustig eten. Bij Drachten kom ik langs een strandje, waar ik dankbaar aanleg onder het starende oog van een vrouw, die op een picknicktafel zit. Het varen is nu wel pijnlijker. Het is een uur of vijf en merkbaar rustiger. Ik zet chocolademelk en ga even zwemmen.

    Bij Drachten

    Ik ben blij als ik tegen zevenen De Leyen opvaar. Het kost me veel tijd om een plek te vinden en om mijn slaapplek te maken. Dat valt me tegen. Ik ben ook niet tevreden over het onderkomen. Het hangt te laag en te slap, maar ik heb als bevestigingspunt alleen een laag wilgenbosje. Kook eten, maar eet tot mijn verbazing niet veel.

    Bivak in De Leijen

    Het is wel fantastisch om buiten te liggen en meteen de struiken in te kijken. Ganzen vliegen op vijf meter afstand langs en schrikken als ze me opmerken. Zie een ree vrij dicht bij. De ondergaande zon over het meer is prachtig. Het mooist is nog het geluid van buiten en de toenemende stilte.

    Zonsondregang in De Leijen

    De terugtocht. Wind tegen, het is niet zo zonnig en windstil als gisteren. Ik ben bijna alleen op het Bergumer Meer met aardig wat golven. Als ik nu omval ga ik dood : te koud en niemand ziet het ( november 2010 : als ik met een aanwonende praat blijk je bijna overal in het meer te kunnen staan ).

    Hoe langer de tocht duurt, hoe groter de worsteling en hoe zeerder het varen gaat doen. Ik ben blij als ik bij De Froskepolle lang kan uitrusten, in de zon en uit de wind.

  • Cursus Vuur en bivak

    Het is al donker. In een lange rij auto’s van het verzamelpunt naar een landweg langs een vaart. Spullen uit de auto, het bos in, zwart tegen de nachtlucht. Een pad gemarkeerd door kleine, hangende reflectoren leidt ons naar vuur onder een opgehangen parachute. Alleen mannen dit keer.

    Beke legt uit waar je rekening mee moet houden en leer ons twee knopen, waarna we ergens daar ons zeil mogen ophangen en lekker gaan slapen. De herinnering aan een koude, natte en slapeloze nacht op het strand van Ameland (door een katoenen, donzen slaapzak, helemaal verkeerd) maken me niet gerust op de afloop. Maar ik slaap heerlijk met warmteonderbroek, dikke wollen sokken, warmtehemd en trui aan in twee slaapzakken (diezelfde donzen in een synthetische ) en met de muts op. Het ontwaken is fantastisch. Ik kijk meteen het bos in, natte boomstammen, natte bladeren en verderop is het dag. Nauwelijks geluid, wat vallende druppels misschien.

    Zaterdagochtend vuur maken, met één krantenbladzij en twee lucifers. Het is nat. Alles is nat. Eerst bedenken we zelf een aanpak. Alle vuren worden besproken, zodat we ook leren waarom een aanpak níet werkt. Daarna een demonstratie en dan weer zelf proberen. Met alle opgedane kennis over opbouw, takjesdikte, afstand tot het vuur, wanneer zacht blazen, wanneer hard, het geluid van het vuur, lucht in de takjes lukt het beter. Ook als alles zo nat is kan je dus met minimale middelen vuur maken.

    ’s Middags bouwen we een onderkomen van materiaal uit het bos. Ik bouw een halve A-hut, niet meer dan een windscherm. Een lange draagbalk met stokken ertegenaan, bekleed met 30 cm humus. Pas als het donker is ben ik klaar. En kletsnat van de regen en de natte bladeren. Ik merk hoe lastig het is dat ik mijn zaklantaarn niet bij me heb en dat het heel erg lastig is dat ik hem ook niet kan vinden. Ik strompel met mijn slaapspullen in het donkere bos tweehonderd meter van mijn oude slaapplaats naar mijn A-hut. Gelukkig kan ik mij daar onbekommerd mijn kletsnatte katoenen onderbroek ontdoen. Trek nooit katoenen ondergoed aan als het nat kan worden. Het is erg koud.

    Ik zie de nacht niet echt met vertrouwen tegemoet maar weer slaap ik heerlijk en ook nu is het een feest om de ogen op te slaan. Deze ochtend hangt een dikke nevel tussen de stammen. Het is vochtig, windstil en niet koud. Wel heel stil. Prachtig.

    We gaan wandelen, zeil mee, touw mee. We moeten in steeds kortere tijd een onderkomen opspannen : 7 minuten, 5 minuten, 3 minuten en dan bespreken we of de zaak goed staat, juist ligt, of er geen dode takken boven hangen, die kunnen afbreken. Ik krijg zowaar handigheid in knopen en meestal lukt het me het zeil redelijk op te hangen. Ondertussen geeft Beke les in materialen om ’s middags vuur mee te maken. We zetten in één minuut een dak op tegen onweer, in één minuut een dak zonder grondpennen en nog één en nog één. Op de terugweg verzamel ik berkebast om het vuur te starten en de dunste takjes die ik kan vinden. Het is een enorm werk om een beker warme chocolademelk te maken. Vuurplaats maken en alle benodigdheden klaar leggen. Goed organiseren hoort erbij. Berkebast schrapen en scheuren en klaarleggen. Beke komt langs en leent me haar vuurijzer, waar je een vonkenregen mee kunt maken, en inderdaad, na ettelijke pogingen vlamt de berkebaststof. Het gaat even hard weer uit voor we een vuur hebben kunnen maken. Uiteindelijk lukt een klein vuurtje. Het is een heel werk het aan te houden, met veel blazen, zacht, vooral niet te hard. Af en toe moet ik heel snel heel dunne takjes halen, heel snel, want het vuur gaat dan uit en dan kan ik het net weer aanblazen, de nieuwe takjes toevoegen, wachten tot ze droog genoeg zijn om vlam te vatten en dan weer nieuwe takjes halen. Tot dan eindelijk stoom uit de billycan komt …! De chocolademelk smaakt heerlijk, ondanks de klonten poeder.

    Mijn leento ´s ochtends in de nevel

    Conclusie

    In november is buiten in Nederland onherbergzaam en hard. Denk je eens met hoeveel moeite de mensen hier duizend, tweeduizend jaar geleden overleefden. Buiten overleven is hard werk, alles kost tijd en moeite, en vereist kennis en organisatie. En goede spullen helpen ook een handje, maar dan moeten ze wel weer passen bij de situatie waarin je zit, en het vergt weer kennis om die goed in te schatten.

    De cursus is van extrasurvival.nl ( klik hier om hun website te openen ), cursus Vuur en bivak. Het is een doe-cursus. Je bent steeds bezig en alles is aanleiding voor bespreking en aanwijzingen. Ik vond de cursus erg goed opgezet. Alleen in voor- en najaar, want dan leer je het meest door de omstandigheden van het seizoen.

  • Het raadsel van de Wadden, door Erskine Childers (DVD)

    Het moet eind jaren tachtig zijn geweest dat ik de serie op tv. zag. Jaren later ontdekte ik dat die gebaseerd was op het boek The riddle in the sands en dat dit boek ( één van ) de eerste spionageromans was – in feite gewoon een jongensboek voor oudere jongens, al moet de schrijver Erskine Childers met het boek hebben willen waarschuwen voor oorlogsdreiging van Duitse zijde.

    Elke wadvaarder vindt dit boek zonder twijfel mooi, al blijft dat mogelijk beperkt tot mannen ( jongens …), mìjn vrouw vond het een matig boek. De serie vind ik ook prachtig, maar je moet enige welwillendheid weten op te brengen voor mistscenes waarin je duidelijk de schaduw van de spelers ziet en in de verte een vuurtoren … om nog maar te zwijgen van het eind, dat nog even verder gaat waar het boek al opgehouden is en dat je al naar gelang aard en inborst in woede doet ontsteken of van de bank laat rollen van het lachen.

    Das Rätsel der Sandbank, uitgegeven door ARD video, te bestellen bij Van Stockum.

  • Wadlopen bij nacht

    Het is nacht en goed donker. Over lege wegen rijd ik naar de haven van Lauwersoog. Oranje lichtjes, frisse wind. De boot ligt klaar. Mensen druppelen binnen. Er is koffie. Als die op is duurt het nog tijden voor de boot gaat varen. Intussen verveel ik me, bij gebrek aan gezelschap, al zit de boot vol mensen met veel praats.

    Meteen als we de havenlichten achter ons laten verlies ik mijn orientatie. Ik zie wel vuurtorens en knipperende lichtjes, maar heb geen idee waar ze bij horen.

    We verlaten de boot aan de boeg via een ladder, zo het water in. Koud. In de verte weerlicht het. We krijgen een regenbui over ons heen. Het geluid van al die druppen op het natte zand. Het is nog kouder. We lopen Simonszand rond en langzaam wordt het licht en beginnen de vogels geluid te maken. Alle kleuren van de regenboog schieten over de wereld tot de zon de hemel strak blauw kleurt. Jammer dat er zo veel mensen zijn, die vooral lijken te willen praten. Daarvoor hoeven ze niet ‘s ochtends vroeg op het wad te zijn.

    Reddingshuis op Engelsmanplaat in de nacht

    Nachtelijke regenbui boven Engeslmanplaat

    Nachtelijke regenbui boven Engelsmanplaat

    Opklaring boven Engelsmanplaat in de ochtend

    Zonsopkomst achter wolken, Engelsmanplaat

    Het reddinghuisje van Engelsmanplaat in de ochtendzon

    Wolken boven Engelsmanplaat

  • Cross-country trail

    Als je gekleed bent op natte kleren en je bent een beetje gewend aan kou dan kan je trektochten maken waar je maar wilt. In mijn stad is een grote survivalvereniging, gelieerd aan de plaatselijke atletiekvereniging. Eén keer per jaar organiseren ze een survivalrun en zo zag ik op een dag in oktober mensen door een duiker onder een vierbaansweg doorgaan. Dat wilde ik ook wel eens probleren. In april dit jaar deed ik dat. Nou is april niet zo’n gunstige maand als oktober. Het water is dan een stuk kouder. Ik was opgelucht dat ik niet als lijk onder de weg was blijven steken, maar ook opgetogen door de ervaring. Later bedacht ik tochten kriskras door een waterig natuurgebied heen, van oriëntatiepunt naar oriëntatiepunt, dwars door sloten, kanalen en meertjes heen. Weer eens wat anders dan de korte stukjes hardlopen die ik nog kon. Eigenlijk vind ik dit echter dan een survivalrun, met zijn rare hindernissen als autobanden waar je doorheen moet en palen of spijkerbroeken waar je aan moet hangen. Dat is niet nuttig om je ter verplaatsen, zoals een touw over een vaart of een boomstam over een brede sloot.

    Ik herinner me dat ik dit in mijn geboortestad ook gedaan heb, toen daar een recreatiegebied werd aangelegd en ik daar van de ene kant naar de andere kant in een zo recht mogelijk lijn doorheen liep.

  • Brochure marinierskeuring

    Het Korps Mariniers van de Koninklijke Marine heeft voor mensen die zich willen voorbereiden op de keuring een brochure gemaakt, die kan dienen als trainingsbasis voor duurtraining en krachttraining. Er staan ook wat rompoefeningen in. Zoek op Diensten Centrum Medische Keuringen, brochure, Fit op de keuring.

  • Wadlopen

    Vertrokken in het donker van de pier van Holwerd, een beetje wiebelig, zo in het donker in de glibberige modder. Er liepen wel heeel veel mensen, zeg vijfhonderd – voor een wandeling in een natuurgebied.

    De zonsopgang was een feest van kleuren, blauw, groen, roze, oranje, rood, en toen duurde het nog een hele tijd tot de zon zelf boven de horizon kwam.

    Een aantal keer flink diep door het water gewaad ( 1,40 m ofzo ), altijd leuk en het spoelt de modder er weer af, en uiteindelijk koud en moe Ameland bereikt. Daar moesten we nog het eiland dwars over om uiteindelijk zo de Noordzee in te lopen. Het was nog lekker water ook. Ik heb nog heerlijk gezwommen.

    Toen was het iets van tien uur ’s ochtends. Heel lang tijd om naar Nes te lopen. Het bleef de hele dag zonnig en net warm genoeg. Nog een tijd in een duinpan gelegen, koffie gedronken, soep gegeten … een mooie dag.

    Wadlopers in de ochtendzon

    Wadden in het ochtendlicht

    Drooggevallen mosselbanken in de Waddenzee

  • Kajaktocht Waddeneilanden

    Dag 1 : Den Oever-Oudeschild-De Cocksdorp. Door de sluis, meteen een erg lange tocht voor iemand die nauwelijks getraind is. Overtijen in Oudeschild, in een lekker zonnetje, met vis. Aan het begin van de avond door naar De Cocksdorp, in de zonsondergang een hele omweg om het reservaat ten noordoosten van Texel heen. Slapen in een strandhuisje.

    Dag 2 : Texel-Vlieland. Een kort eindje varen naar Vlieland. Pijn in mijn rechterpols. Rusten onder de aanvliegende vliegtuigen. Het woord kanotrektocht krijgt een nieuwe betekenis als we een heel eind moeten lopen over het wantij. Rustig de waddenkust van Vlieland langs, even over de Noordzee naar de opgang naar Stortemelk.

    Dag 3 : Vlieland-Terschelling. Weer een korte tocht. De pijn in mijn pols is erger. Wel een lange kanodraagtocht van de haven naar camping De Dellewal, nu nog zonder bierkrattentorens. Koop ruim sporttape om de pols in te tapen.

    Dag 4 : Terschelling-Ameland. Een rustige tocht. Het is heiig en windstil, alleen het plassen van de peddel, plas, drupdrupdrup, plas, drupdrupdrup. De sfeer maakt indruk. De tape werkt goed. De geul voor Ameland oversteken is een belevenis. We varen twintig, dertig graden naar het oosten om goed uit te komen bij de surfclub. Eten koken is een mislukking. Ik heb linzen mee, maar ze zijn niet geweekt en dus niet gaar te krijgen. We mogen niet slapen in het surfgebouw, dus slapen we buiten.

    Dag 5 : Ameland-Engelsmanplaat. … alleen is mijn slaapzak volledig van katoen, met dons, dus niet geschikt voor nachtvochtigheid en dauw. Ik slaap slecht en ben verkleumd als ik opsta. Na twee kilometer varen gaat het niet meer. Jos en Janny slepen mij tot bijna eind Ameland. Dan zijn zíj bijna aan het eind van hun latijn. Ik ben dan weer aardig opgeknapt en kan zonder probleem zelf de route onderlangs Engelsmanplaat naar de oostoever varen.

    Dag 6 : Engelsmanplaat-Simonszand. Vooral het laatste deel is prachtig : zo leeg. We rusten op het eind van Schier. Lekker tijd om te zwemmen. De laatste nacht op het wad. De kust van Groningen is me te dichtbij.

    Dag 7 : Simonszand-Noordpolderzijl, het modderslootje naar de halen. Roggebrood met haring en jenever als afsluiting.

    Dag 8 : Slapen, erg lang slapen.